we liepen langs kletsnatte bermen
en over ijskoude dijken
tussen weidse einders
we leefden op onze planeet
waar we droomden dat alles zo was
als het bedoeld was
dat jij goed voor mij was
en ik voor jou
we dansten door kamers
rolden over vloeren
zetten onze fietsen in de trein
om voor de wind weer terug te gaan
en als het thuis te saai werd
gingen we naar andere steden
hielden elkaar warm in pensionbedden
met doorgezakte matrassen
en keken 's ochtends bij het ontbijt
samen op één plattegrond